Het knoflookpadjaar begon op woensdag 26 februari met de jaarlijkse platformbijeenkomst waar meestal de vrijwilligers en professionals die zich bezighouden met de knoflookpad op de Meinweg naar toe komen. De avond is open voor alle knoflookpadliefhebbers. Voor de bijeenkomst waren dertien personen bij elkaar gekomen in het Groenhuis in Roermond. Tijdens de avond zijn de resultaten in heel Limburg besproken van de monitoring door Natuurbalans en hun vrijwilligers en van de monitoring met rasters op de Meinweg van Rob Geraeds, Ton Lenders en IKL. Daarnaast zijn de plannen voor 2020 uit de doeken gedaan waarbij is afgesproken om de rasters te plaatsen op 12 en 13 maart 2020. Vervolgens zijn de emmers volgens het opgestelde schema dagelijks gecontroleerd tot eind mei.
De maatregelen die zijn genomen zijn ook via een interview weergegeven in het magazine van het Prins Bernhard Cultuurfonds.
In de Meinweg zijn net als in de voorgaande jaren vier wateren opgenomen in een monitoringonderzoek naar het succes van het actieplan voor de soort in het Nationaal Park De Meinweg. Vier wateren – de Amfibieënpoel, het Rondven, de Knoflookpoel en de Nieuwe Knoflookpoel – zijn vanaf 12 maart tot en met 27 mei uitgerasterd en voorzien van vangemmers. In deze periode zijn de emmers dagelijks gecontroleerd op knoflookpadden en andere amfibieën. Alle gevangen knoflookpadden zijn gefotografeerd en opgemeten.
Helaas vielen de resultaten net als in 2019 erg tegen. In totaal zijn er slechts 35 vangsten, van 21 verschillende knoflookpadden gedaan. Het gaat hierbij om 12 vrouwtjes en 9 mannetje. Dit is vergelijkbaar met de resultaten uit 2019, maar het aantal gevangen dieren is beduidend lager dan in 2018 en 2017 toen jaarlijks ruim 70 verschillende dieren zijn gevangen.
Acht vrouwtjes en twee mannetjes zijn niet eerder gevangen, de rest zijn ‘oude bekenden’. Een van deze mannetjes is in 2020 voor het zesde opeenvolgende jaar gevangen.
Ondanks dat de resultaten in de afgelopen twee jaar tegenvallen, wil dat niet noodzakelijkheid zeggen dat het slecht gaat met de soort. In 2019 was april een erg droge maand en was er ook een periode met erg lage nachttemperaturen en nachtvorst. In 2020 was het wederom erg droog en het is dan ook zeer waarschijnlijk dit een belangrijke oorzaak is dat er weinig dieren naar het water zijn getrokken. Hoopvol is dat dit seizoen enkele dieren zijn gevangen die vorig jaar niet zijn waargenomen. Dat er weinig dieren worden gevangen hoeft dus niet te betekenen dat ze de droogte niet hebben overleeft.