In Limburg is het Platform voor de geelbuikvuurpad en vroedmeesterpad maar liefst 20 jaar aan de slag om beide amfibieën voor Nederland te behouden. Ondertussen is er een groep van ruim 130 enthousiastelingen betrokken bij het wel en wee van de van origine alleen in het Zuid-Limburgs voorkomende padden. De deelnemers van het platform zijn een mix van instanties, zoals de provincie Limburg, Staatsbosbeheer, gemeenten, Limburgs Landschap, Waterschap Limburg, Natuurmonumenten, bewoners, particuliere eigenaren van percelen en gewoon geïnteresseerden. In samenwerking met RAVON, Natuurbalans en IKL is iedereen al meer dan 20 jaar aan de slag voor de padden.
Tijdens de oprichtingsvergadering, die plaats vond op vrijdag 10 november 2000 zijn doelstellingen geformuleerd die nog altijd de basis vormen van het platform, samengevat: van elkaar leren en steeds betere leefgebieden maken voor de geelbuikvuurpad en vroedmeesterpad. In de loop van de jaren is te zien dat soorten goed reageren op maatregelen die bedacht en uitgevoerd zijn. Ook is te zien dat het de laatste jaren de resultaten weer minder rooskleurig lijken uit te zien, er worden minder dieren gevonden. Het platform gaat ook hier weer mee aan slag; wat kunnen de oorzaken zijn en hoe pakken we het aan? Een oorzaak kan zijn dat er minder intensief wordt geteld, dat kan al een verklaring zijn. Ook spelen de laatste zeer droge zomers een rol en schimmelziektes.
De padden van het Mergelland kunnen echter veel hebben. Het platform heeft ondertussen alweer maatregelen georganiseerd door vele kleine poelen aan te leggen en hierdoor het risico te spreiden. De komende jaren zal blijken of onze aanpak succesvol is geweest.
Meedoen
We zijn nog steeds op zoek naar mensen die graag een poel of stapelmuur willen laten aanleggen op hun perceel, uiteraard daar waar de vroedmeesterpad en/of de geelbuikvuurpad voorkomt. Ook zijn mensen welkom die tijdens hun wandeling willen luisteren of de padjes in hun omgeving nog actief zijn.
Het platform weet ondertussen al veel meer van de leefwijze en wensen van beide padden. We zijn ons er echter ook van bewust dat we nog veel meer niet weten en blijven de uitdaging aan gaan om de soorten voor Nederland en het Limburgse te behouden.